Mindset

Vertel eens: heb jij Anna Karenina van Tolstoj gelezen? En Naar de vuurtoren van Virginia Woolf? En hoe zit het met Moby Dick van Herman Melville, Het grauwe huis van Charles Dickens en James Joyces Ulysses?  Allemaal, stuk voor stuk, boeken die horen tot de top van de wereldliteratuur. Ik heb de meeste van deze boeken niet gelezen (ook al ligt Naar de vuurtoren sinds afgelopen Boekenweek wel op mij te wachten en herlees ik bijvoorbeeld regelmatig Jane Eyre) en ik heb er totaal geen last van dat ik dergelijke kost (nog) niet op mijn “gelezen-lijst” heb staan. Waar ik wel last van heb, is het gevoel dat Peter Mendelsund mij geeft via zijn boek Wat we zien als we lezen (Atlas Contact). Hij geeft mij namelijk het gevoel dat ik als lezer eigenlijk niet meetel als ik de aan het begin genoemde werken (of boeken van een dezelfde niveau) niet heb gelezen. En daar erger ik mij aan.

wat we zien als we lezen

Ik had een totaal ander boek verwacht, misschien wat naïef van mijn kant. Ik had gedacht en gehoopt dat dit boek leuk zou zijn om te lezen, met een heleboel herkenning van “o ja, zo ervaar ik het ook”, grappige constateringen en leuk bedachte bruggetjes. Niets van dat al. Het is een pseudo-wetenschappelijke onderbouwing van de eigen mening van Mendelsund. Pseudo, want hij kan er wat mij betreft nog zo veel voorbeelden uit de door hem zo vaak herlezen wereldliteratuur bijhalen, het blijft een heel boek lang het boekstaven van zijn eigen opvattingen. En dat is natuurlijk helemaal niet vreemd voor een auteur, maar dit keer kan en wil ik er simpelweg niet in meegaan.

Bij het horen van de titel Wat we zien als we lezen ging mijn eigen fantasie meteen op volle toeren werken. Mijn associatieve gevoel sprong heen en weer tussen de Suske&Wiske’s uit mijn jeugd, de zeven delen uit de Harry Potter-serie, herinneringen aan uitspraken van mijn vader, filosofische teksten die ik in de loop der tijden heb gelezen en nog zo wat. Geen van deze associaties lijkt op iets wat Mendelsund naar voren brengt.

Misschien ben ik al heel jong door mijn moeder “verpest”. Zij was een meester-voorlezer. Zij was in staat om een Suske & Wiske zó voor te lezen dat ik de plaatjes niet nodig had om het verhaal te begrijpen. Met haar stem, haar intonatie en timbre wist zij voor mij de plaatjes te “tekenen”. En dat ben ik blijven doen: zelf invulling geven aan wat ik lees, soms los van wát ik lees. Zo zijn bijvoorbeeld alle leden van de familie Malfidus stelselmatig in mijn beleving zwartharig, terwijl toch echt steeds in de boeken van J.K. Rowling over Harry Potter wordt benadrukt dat zij allemaal ultiem blond zijn. En ja, ook mij overkomt het regelmatig dat ik een hoofdpersoon “voor mij zie”, terwijl ik op dat moment echt geen letterlijke beschrijving van dat personage kan geven. Maar dat boeit mij ook niet.

Mendelsund eindigt zijn boek met een quote uit het eerder genoemde werk van Virginia Woolf: “het was wazig”. Daarmee geeft hij wat mij betreft de beste samenvatting van zijn eigen boek. Voor mij is het nog steeds volstrekt onduidelijk wat hij nu eigenlijk wil zeggen of bewijzen. Door het irritant veel gebruik van vakjargon en de gebruikte voorbeelden, gaf hij mij dus het gevoel dat je niet meetelt als je je tijd af en toe besteedt aan “simpele boekjes”. En verder irriteerde het mij bovenal dat ik niet de vrijheid van hem kreeg om een andere mening, een andere onderbouwing voor hetzelfde verschijnsel te hebben.

Omwille van deze blogpost (die ik schrijf in het kader van mijn deelname aan de boekenbloggersleesclub Een perfecte dag voor literatuur) heb ik het boek een tweede keer gelezen. Ik heb daarbij geprobeerd mijn frustratie van de eerste keer te negeren. En natuurlijk verging het mij nu meer zoals Mendelsund zelf beschrijft over het lezen van zijn favoriete boeken: eerste keer er doorheen snellen voor de grote lijn, tweede keer meer aandacht voor details en bijzonderheden (vrije quote). Maar uiteindelijk werd ik niet milder gestemd. Halverwege het boek raakte Mendelsund mij weer kwijt (of ik hem 🙂 ). En wat overheerst is toch het gevoel van arrogantie van iemand die in principe in een ander deelgebied van de uitgeverswereld zijn werkzaamheden heeft (als ontwerper van boekomslagen, en eerlijk is eerlijk, daarin is hij heel bedreven) en daaraan het idee ontleent dat iemand op zijn mening zit te wachten.

Natuurlijk zie ik ook wel dat Mendelsund veel tijd en aandacht aan dit boek heeft besteed. Zeker de vormgeving met bij de tekst passende illustraties en “verbeeldingen” maakt het een bijzonder boek. Door mijn eigen mindset en verwachtingspatroon komt het op dit moment tussen ons niet meer goed. Dat gebeurt mij niet vaak, maar uniek is het niet.125 x 200 WT Door mijn verwachtingspatroon  over bijvoorbeeld Joe Speedboot van Tommy Wieringa (de Bezige Bij), dat uiteindelijk niet aansloot op de inhoud van die veel geprezen roman, heb ik er op Goodreads slechts 2 (van de 5) sterren aan toegekend. Een ander voorbeeld dat ik nog vers in mijn geheugen heb is de door velen bejubelde roman Dorsvloer vol confetti van Franca Treur (Prometheus). Mijn mindset zorgde ervoor dat ik dolgraag die dorsvloer zou willen schoonvegen om het vervolgens voor altijd de rug toe te keren.

Toch nog even een positief geluid? Het deed mij goed dat Mendelsund de dichter Wordworth aanhaalt. Een gedicht van deze Engelse dichter had ook grote invloed op de hoofdpersoon in De linkshandigen, een roman van Christiaan Weijts (de Arbeiderspers). En die roman las ik precies op het juiste moment met de juiste mindset!

Simpele conclusie dit keer: Wat we zien als we lezen is niet aan mij besteed. Misschien denken mijn medebloggers van Een perfecte dag voor literatuur hier anders over. Dit kun jij uitvinden via deze LINK.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Dat mijn oordeel over het boek van Mendelsund niet zo positief is, doet niets af aan mijn dank aan de uitgever voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar.

PS Binnenkort gaat mijn boekenblog verder op http://www.theonlymrsjo.nl. Op dit moment publiceer ik mijn blogposts nog hier én daar, maar dat gaat veranderen. Wil je niets missen? Ik zou het leuk vinden als jij je abonneert op mijn blog. Dat kan via http://www.theonlymrsjo.nl/.

3 reacties

Opgeslagen onder Boek review

“Memento mori”

Zondag (20 september 2015) kwam het bericht dat Jackie Collins is overleden. Zij is, naast jet-setter en zus van Joan, bij een groot publiek bekend om haar vele boeken. En (bijna) het eerste wat ik dacht was: “ik heb nog nooit een boek van haar gelezen, moet ik toch eens doen.”

buitenvrouw zwagermanDeze gedachte had ik ook toen onlangs het verbijsterende nieuws naar buiten kwam dat Joost Zwagerman niet meer onder ons is. Ook van hem heb ik nog nooit iets gelezen. Dat wil zeggen, ik ben ooit, jaren geleden, begonnen in De buitenvrouw (de Arbeiderspers, thans Singel Uitgeverijen), maar de drie weken uitleentermijn van de plaatselijke bibliotheek was om voordat ik er erg in had. Daarna is het bij een voornemen om een roman van hem te lezen, gebleven. Overigens is de kans dat ik nog eens een Zwagerman lees, aanzienlijk groter dan de kans dat ik een Jackie Collins lees 🙂 .

Het gevoel van misschien toch te laat zijn met iets en achter de feiten aan te lopen, heb ik zeker al eens eerder gehad. Dat was na het overlijden van An Rutgers van der Loeff (in 1990). Zij was in de vorige eeuw een productieve Nederlandse schrijfster. Hoewel zij ook een aantal romans voor volwassenen heeft geschreven, is zij vooral bekend geworden met haar kinder- en jeugdboeken. Natuurlijk had ik veel en vaak over haar gehoord, maar gelezen ho maar. Na haar overlijden ben ik op een holletje naar de boekhandel gegaan en heb Lawines razen en De kinderkaravaan aangeschaft (en gelezen). Beide romans zijn uitgegeven bij Uitgeverij Ploegsma. Lawines razen os02De kinderkaravaan is oorspronkelijk uitgegeven in 1949 en betekende destijds de doorbraak voor Rutgers van der Loeff. En ik heb van beide jeugdboeken genoten, omdat zij bijzondere onderwerpen onder de aandacht bracht en naar mijn mening ook echt trachtte om lezers aan het nadenken te krijgen. Maar toch gaf het mij ook een beetje een melancholisch gevoel, namelijk dat ik nooit meer aan de schrijfster zou kunnen vertellen hoe mooi ik haar werk vond.

Aan de andere kant geeft het feit dat een schrijver niets meer kan veranderen in een volgende druk of er alsnog een voorwoord of nawoord bij kan schrijven, juist weer iets extra’s. Het boek is dan letterlijk af. Ik moet dan altijd denken aan de sketch van Wim Kan (ik ben benieuwd hoeveel van mijn volgers nog weten wie Wim Kan was en hoeveel invloed hij als cabaretier op onze samenleving heeft gehad) over zijn huishoudster. Deze sketch is al zo oud, dat ik er geen informatie over heb kunnen terugvinden op internet, dus misschien heb ik het iets anders onthouden dan de oorspronkelijke versie. De strekking is hetzelfde. De huishoudster heeft bij het afstoffen van de piano, waarop de buste van Mozart staat, per ongeluk de buste laten vallen. Er is een stukje afgebroken. Dus de huishoudster zegt vervolgens, enigszins paniekerig, tegen Wim Kan: er is een stuk van Mozart af. Waarop Wim Kan bij zichzelf denkt: “ach, het mens weet niet beter. Zij weet niet dat alle stukjes van Mozart al jaren af zijn”. Briljant eenvoudig en daardoor scherpzinnige humor.

Als ik nu toch lekker op dreef ben om een graai in de oude doos te doen, meld ik hier ook nog even dat ik binnenkort (met een aantal medebloggers van Een perfecte dag voor literatuur) naar Den Haag ga, naar de tentoonstelling met de veelzeggende titel “Omdat ik iets te zeggen had“. Dit is een tentoonstelling aan de hand van documenten uit het archief van een aantal musea en privécollecties over de activiteiten van Nederlandse schrijfsters uit de negentiende eeuw. Ik ben erg nieuwsgierig naar de samenstelling van deze tentoonstelling. Op mijn facebookpagina zal ik misschien t.z.t. wat sfeerfoto’s plaatsen over ons uitstapje.

mijn geheimEn dan, tot slot, even terug naar het begin. Het overlijden van Jackie Collins. Voor mij is het onmogelijk om aan haar te denken zonder meteen ook haar beroemde zus Joan in beeld te krijgen. En als ik aan Joan Collins denk, dan is het bijna onvermijdelijk dat “my guilty pleasure” aan bod komt. Ik heb namelijk geen boeken van Jackie, maar wel een boek van Joan in mijn boekenkast staan, te weten Mijn geheim. En eerlijk is eerlijk, ik vind het bij tijd en wijlen heerlijk ontspannend om daarin te bladeren. Lekker plaatjes kijken van haar soms buitenissige uitdossingen, haar extreme make-uplooks, haar adviezen daarover, maar ook over de basissamenstelling van een garderobe, het abc van gezond leven, richtlijnen voor gedrag en dat alles met een flinke Joan Collins-saus. Het is niet dat ik iets met haar “adviezen” doe, maar ik kan wel uren met het boek zoet zijn.

Heb jij ook een guilty pleasure op boekengebied? Kom er gerust mee voor de dag! En herken je iets van het gevoel dat het lezen van een boek van een inmiddels overleden schrijver toch anders is dan het lezen van een roman van een nog actieve auteur? Ik vind het hoe dan ook leuk als jij hier (of via andere sociale media) reageert.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review

Vergeet-mij-nietje

icaExtreme bewondering en obsessie, uitmondend in een verregaande afhankelijkheid. Ik kan mij daar zelf weinig bij voorstellen. Natuurlijk zijn er schrijvers, artiesten en musici die ik bewonder om hun prestaties, maar het leidt er zelden toe dat ik echt meer wil weten over de persoon zelf. En ik heb al helemaal niet het idee dat ik voor mijn eigen ontwikkeling en gedrag afhankelijk ben van het gedrag van een ander. Voor Nadine Sprenger, de hoofdpersoon in de roman Ica, ligt dat anders. Zij is zo vol van de schrijfster Ica Metz, dat zij heeft besloten haar volgende boek te laten draaien om het personage Ica.

Om zo veel mogelijk over haar protagonist te leren en zo veel mogelijk materiaal te verzamelen voor de roman, ontwikkelt Nadine een plan om Ica in haar nabijheid te laten verblijven. Uiteindelijk resulteert dit in een verblijf voor (in principe) onbepaalde tijd in het vakantiehuisje van de familie van Nadine in een Frans dorpje in de Morvan. De periode is niet alleen onbepaald doordat er niet is afgesproken voor hoeveel weken zij daar zullen verblijven, maar ook doordat Ica en Nadine alle klokken, mobiele telefoons en andere apparatuur met tijdsaanduiding uit hun samenleven daar verbannen.

Uit alles blijkt natuurlijk dat Ica is gebaseerd op de schrijfster Connie Palmen. Schrijfster Eva Posthuma de Boer heeft dat ook nooit onder stoelen of banken willen steken. Zij wilde een roman schrijven over Connie en heeft haar daarom geruime tijd “bestudeerd”. Dit vinden we in de roman dus terug in de hoedanigheid van Nadine, die over de gevierde schrijfster Ica Metz wil schrijven. Een aantal voorvallen in de roman zijn rechtstreeks te herleiden naar gebeurtenissen in het leven van Eva en Connie. Deze wetenschap geeft een voortdurende, licht kietelende, spanning tussen fictie en feit. Wat is daadwerkelijk gebeurd en waar heeft de schrijfster haar talent aangewend voor een flinke portie fictie? En in hoeverre is die scheidingslijn eigenlijk aan te brengen. Eva laat het personage Ica in de roman licht spottend de vraag stellen: “is dit het werkelijke leven?” (vrije quote).

een blik jodenkoekenIk moet trouwens bekennen dat ik nog nooit een roman van Connie Palmen heb gelezen. Er staat wel het een en ander van haar hand in mijn boekenkast, maar het is er nog niet van gekomen om het te lezen. Het is wel apart om te constateren dat ik nu meer óver dan ván Palmen heb gelezen. Zij komt namelijk ook voor in een boek dat ik zo’n 2 jaar geleden heb gelezen: Een blik jodenkoeken (Uitgeverij Prometheus). Dit boek is geschreven door Jessica Meijer, de dochter van Ischa Meijer. Ischa Meijer en Connie Palmen hebben tot aan het overlijden van Ischa een relatie gehad en Jessica verbleef vanaf een bepaalde leeftijd regelmatig bij hen. Een blik jodenkoeken is het persoonlijke verslag van Jessica, over het overlijden van haar vader, de relatie met haar moeder, de invloed van de verbroken verhouding tussen haar ouders, haar moeizame relatie met eten en met zichzelf. Het grote verdriet dat Connie heeft ervaren door het wegvallen van Ischa maakte dat zij misschien niet op de meest optimale manier naar Jessica heeft gereageerd. Haar gedrag heeft grote invloed op het zelfbeeld van Jessica en het duurt heel lang voordat Connie en zij hierover op een neutrale, uitgebalanceerde manier kunnen communiceren.

Het is simpelweg niet voorspelbaar hoe iemand onder extreme omstandigheden reageert en handelt. Dat blijkt ook wel als Nadine onder extreme druk staat tijdens haar verblijf met Ica in het Franse huisje. Ik vond het bijzonder beklemmend om te lezen hoe Nadine haar plan opstelt, hoe zij te werk gaat en hoe extreem afhankelijk zij is van Ica. Ica heeft al enige tijd niets geschreven en dat voert de spanning op. Nadine blokkeert zelf in haar schrijven zolang er geen nieuwe impuls van Ica komt. Daarom heeft zij een dubbel belang bij de heilzame invloed van het buitenleven in Frankrijk.

In de proloog wordt al de vraag gesteld of iemand met een alfabetisch gesorteerde boekenkast in staat zou zijn tot moord. Of het ook tot moord komt, dat ga ik hier echt niet vertellen 🙂 Wat ik hier nog wel wil vertellen, is de grappige opbouw van het boek. Het volgt de lijnen van een klassieke tragedie volgens de opvatting van Aristoteles. Het geheel is opgebouwd uit een aantal bedrijven en tussendoor komt er een koor opdraven om de verbinding tussen de bedrijven te duiden. Dit gaf iets extra’s aan het geheel.

Nadine vertelt aan Ica dat zij geen geheugen heeft voor planten- en bloemennamen, behalve voor het vergeet-mij-nietje. Tekenend voor de sfeer (zowel gespannen als zo nu en dan bijna hilarisch ontspannend) en de stijl is dan de terloopse opmerking van Ica dat Nadine dus blijkbaar dat plantje gehoorzaamt. Of deze roman zelf een vergeet-mij-nietje gaat worden? Daar ben ik nog niet helemaal van overtuigd. Het is nu, door de herkenbaarheid van Palmen en enige andere opgevoerde bekende personages, aantrekkelijk om te lezen, maar ik heb geen idee hoe dat voor bijvoorbeeld een volgende generatie lezers zal zijn. Eva Posthuma de Boer heeft een soepele en toch doordachte schrijfstijl. Daardoor was Ica in ieder geval een prettige leeservaring en dat is ook zeker wat waard.

Overigens mocht ik Ica lezen in het kader van de boekenbloggersleesclub Een perfecte dag voor literatuur. Mijn dank gaat uit naar Ambo Anthos voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Wil je weten wat mijn medebloggers over de roman Ica schrijven? Klik dan HIER.

1 reactie

Opgeslagen onder Boek review

Ontpuberen

Je kent hem vast: de commercial van het opleidingsinstituut NCIO met als slogan iets over een stok en een lat: “De hoogte van de lat, die bepaal jij.” Die reclametekst drong zich steeds naar voren tijdens het lezen van Paper Towns van John Green (uitgegeven bij Lemniscaat). En ik weet dat ik de lat voor Green, althans voor deze Young Adult-roman, hoog heb gelegd. Eerder heb ik Een weeffout in onze sterren van hem gelezen en mede door de voor mij zeer herkenbare setting vond ik dat boek geweldig. Daarom wilde ik ook graag deze andere, veel bejubelde, roman van zijn hand lezen. Ik legde de lat dus heel hoog, maar de lat lag niet stevig genoeg.

paper towns

In een hele korte samenvatting is de verhaallijn dat Q (Quentin Jacobsen) en Margo Roth Spiegelman elkaar hun hele leven kennen, op een aantal cruciale momenten in hun leven samen het een en ander meemaken en Margo vervolgens spoorloos verdwijnt. Q gaat naar haar op zoek.

Genoeg elementen om te veronderstellen dat dit een spannend boek en misschien zelfs wel een thriller is. Ik heb het in ieder geval niet op die manier ervaren. Dat wil overigens niet meteen het tegenovergestelde betekenen, want het is zeker geen saai, doelloos boek. Ik moest echter heel erg wennen aan de sfeer en de overduidelijke setting in een groep van 18-jarigen, in hun eindexamenjaar. Dat is voor mij al weer aardig wat jaren geleden 🙂 Door het Amerikaanse leven en het in mijn beleving wat sloom voortkabbelen van de levens van Q en zijn vrienden voelde ik mij niet betrokken bij de verhaallijn. Het is goed geschreven, maar het kon mij niet raken. De lat begon te wiebelen en schoof een beetje naar beneden.

Dit veranderde overigens resoluut op het moment dat Q met zijn vrienden bij een zogenaamde pseudowijk (paper town) aankomt en overvallen wordt door een allesomvattende angst over het lot van Margo. Dat was het moment dat het boek weer mijn volledige aandacht en interesse had en waardoor de wiebelende en verschuivende meetlat weer rotsvast kwam te liggen. De manier waarop Green de heftigheid van de gevoelens en gedachten van Quentin omschrijft, laat weer zien wat een prachtig schrijverstalent hij heeft.

de jongen die het liet regenenIn het eerste gedeelte van het boek (met de goedgekozen titel De touwtjes) komen een aantal spectaculaire avonturen voorbij. Qua intensiteit en sfeer deed mij dit terugdenken aan de jeugdroman De jongen die het liet regenen van Brian Conaghan (Lannoo). Het “himmelhoch jauchzend zum Tode betrübt” wat zo kenmerkend is voor pubers en jonge adolescenten komt in beide boeken mooi naar voren.

wanneer wordt het eindelijk weerEn de eigen kijk van Margo op het gebruik van hoofdletters (volledig willekeurig, ook midden in een zin, want anders is het zo oneerlijk voor de andere letters) bracht meteen in herinnering de roman Wanneer wordt het eindelijk weer zoals het nooit is geweest, geschreven door Joachim Meyerhoff en uitgegeven bij Signatuur/WPG Uitgevers. In die roman had de plaats van een letter een bepaalde betekenis, een bepaalde lading en dat was het gevolg van het luisteren naar de gesprekken van zijn vader (psychiater) en het overige medische personeel.

In Het gras, het tweede gedeelte, is er veel meer aandacht voor een aantal filosofische en psychologische aspecten van de verdwijning, de aanleiding, de reacties en verwachtingen. Dat gedeelte vind ik heel prettig om te lezen, hoewel ik mij wel afvroeg in hoeverre deze overwegingen passen bij de leeftijdscategorie van Q. Ik kan mij dat ook niet meer herinneren van de periode dat ik zelf rond die leeftijd was, maar misschien komt dat ook wel doordat het leven in Amerika (nu) niet vergelijkbaar is met het leven in Nederland (toen). Extra aandacht moet er wat mij betreft absoluut zijn voor de bijzondere positie en opvattingen van beide ouderparen. De ouders van Q zijn beiden therapeut en dat is aan de manier waarop zij redeneren heel goed te merken. Dat was zowel humoristisch als verbijsterend. De opstelling van de ouders van Margo is ook niet echt standaard te noemen. Ik voelde plaatsvervangende schaamte bij hun argument om Margo wel of niet te gaan zoeken.

Over de roadtrip in het derde deel (Het vat) ga ik niets schrijven want je moet zelf ontdekken hoe het verhaal van Q en Margo “afloopt”. Het onderstreept in ieder geval hoe fijn het is om echte vrienden te hebben.

Het feit dat de Nederlandse vertaling dezelfde titel heeft als de oorspronkelijke versie geeft al aan dat er niet direct een Nederlandse equivalent te vinden is. Gedurende het boek wordt steeds meer duidelijk wat er wordt verstaan onder Paper Towns en van welke kant je dat kunt bekijken (bijvoorbeeld letterlijk, als wel of niet bestaande plaats op de kaart, en figuurlijk, in de zin van hoe je zelf tegen het leven en jouw positie daarin kunt aankijken).

Al met al moest ik dus erg wennen aan dit boek, maar achteraf ben ik blij om te kunnen constateren dat het een prettige leeservaring was. Ik denk dat dit genre YA-boeken kan helpen om relatief jonge lezers te begeleiden met de (over)stap naar “volwassen” literatuur. En dat is in dit geval de verdienste van John Green.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Ik heb Paper Towns kunnen lezen doordat Uitgeverij Lemniscaat mij een leesexemplaar heeft toegezonden, waarvoor uiteraard mijn hartelijke dank.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review

Moira’s invloed

Vakantiewerk in de thuiszorg. Dochterlief, studente psychologie, vat het samen als: “een beetje schoonmaken en veel, heel veel praten.” Zij heeft nu ervaren hoeveel mensen er op het randje van eenzaamheid leven. En hoe deze mensen uitkijken naar haar komst en haar praatje. Dit zijn dan tenminste nog mensen die ergens in een zorgcircuit zitten. Maar hoe groot is de groep mensen die nergens (meer) aansluiting hebben, in hun eigen wereld(je) leven en buiten de aandachtssfeer van buren, kennissen, zorginstanties en dergelijke zijn? Ik vermoed dat deze groep nog veel groter is dan de groep die af en toe een thuiszorgmedewerker over de vloer krijgt.

Tot die grote groep “onzichtbaren” hoort Paul Kastelein, de hoofdpersoon uit de roman De tussenkomst van Joris van Os (Uitgeverij De Brouwerij – Brainbooks). Als (vervroegd) emeritus hoogleraar planologie worstelt hij met de ledigheid van zijn leven. Niet dat dat anders was in de periode dat hij nog wel aan het werk was, nee, Paul Kastelein is altijd al een beetje afwijkend geweest. Geen vrouw, geen partner, geen vrienden, geen kennissen. Ideeën en plannen heeft hij genoeg, maar hij is, kortweg, sociaal nogal onhandig en dat is een belangrijke reden waarom er van enig sociaal leven weinig terecht komt. En hoe langer zo’n situatie duurt, des te meer gaat dat als “normaal” voelen. De schrijver laat Kastelein een prachtige vergelijking maken tussen zijn leven en een jas: die jas is niet mooi, maar hoe langer je die jas draagt (gewoonte/sleur), des te comfortabeler en draaglijker het aanvoelt. Maar de jas is daardoor nog steeds niet mooi.

In het eerste gedeelte van de roman leren we Paul kennen. Door het taalgebruik en de gehanteerde schrijfstijl word je als lezer simpelweg gedwongen het leestempo aan te passen aan het tergend langzame tempo in de wereld van Paul. We zien hem rondscharrelen in huis en in zijn buurtje (overigens een voor mij, als voormalige inwoner van Amsterdam-Zuid, zeer herkenbaar buurtje) en we zien zijn pogingen om excuses voor zijn leven te vinden. Excuses voor het stilstaan van zijn leven. En dat is volgens Paul te wijten aan Moira, de Griekse schikgodin van het lot. Als Moira een plan met jou heeft, dan is daar niet aan te ontkomen.

Paul krijgt bezoek van een kordate mevrouw van een voor hem onbekende organisatie, die hem in de richting van een seniorencafé probeert te krijgen. Deelnemen aan activiteiten in en rond dat café zou hem wellicht uit zijn sociale isolement kunnen halen. Goed bedoeld, maar dit komt volledig niet bij hem over. Kastelein ziet zichzelf met zijn ongeluk niet “gezellig” met andere ongelukkigen over dat gemis en al die mislukkingen praten. Ongeluk is immers niet zomaar inwisselbaar voor ander ongeluk (vrije quote: enkel en alleen omdat het allebei geld is, kun je toch niet zomaar een dollar verruilen met een yen).

Inmiddels ben ik dan al onder de indruk van het schrijverstalent van Van Os. Het academische wereldje, het vermeende ouwe-jongens-krentenbrood-gevoel, de manier waarop Kastelein met zijn bovenbuurvrouw, een straatjongetje, de plaatselijke boekverkoper en de prostituee Diana omgaat en zijn interne manier van redeneren worden treffend neergezet.

Kastelein begint te geloven dat Moira een plan voor hem heeft als hij onverwachts een nieuwe buurvrouw krijgt, Hella. Hella doet regelmatig een beroep op hem en daarin ziet Kastelein de aanwijzing dat hij het recht heeft om zich met haar leven te bemoeien. En dat doet hij dan ook zeer letterlijk. Hij matigt zich een steeds verdergaande positie aan. In zijn gesprekken met Hella en anderen (zoals de astroloog Arno Westerdijk) weet hij in mooie volzinnen, inhoudelijk alles goed te verwoorden. Zolang het tenminste niet over hemzelf gaat. Dit broeierige, beklemmende, verontrustende gedeelte van het boek deed mij terugdenken aan de spannende thriller Voor ik ga slapen van S.J. Watson (Ambo Anthos). In deze thriller draait het om Christine die door een voorval in haar verleden aan een bijzondere vorm van geheugenverlies lijdt. Elke ochtend wordt zij weer volledig “blanco” wakker. Als zij dan in haar dagboek leest, komen brokjes herinneringen terug en vallen langzaam maar zeker de puzzelstukjes op hun plek. Ik vond dit een goed opgebouwd verhaal, waarbij de mentale gevolgen van beïnvloeding en manipulaties zeer treffend zijn ingezet en beschreven.

Die mentale beïnvloeding heeft ook een belangrijke rol in de relatie tussen Paul en Hella. En hoewel Paul er in eerste instantie van overtuigd is dat Moira alles heeft voorbestemd, wordt het zelfs voor hem steeds lastiger om te blijven geloven dat hij op de juiste weg is. Uiteraard leidt dit alles tot een explosieve climax. Het slot van de roman is echt goed geconstrueerd. Van Os heeft hiervoor een mooie en zeer acceptabele situatie gebruikt.

Het grappige aan de roman De tussenkomst is dat het een ogenschijnlijk spontane combinatie is van diep doordachte filosofische stellingen en een bijna humoristische beschrijving van de lotgevallen van een oudere man die elk contact met de werkelijkheid al lang kwijt is. Gelukkig doe ik niet aan rubriceren en onderverdelen van boeken in genres, want dat zou bij dit boek nog een hele uitdaging worden. Ik houd het gewoon bij mijn conclusie dat het een prettige leeservaring was.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

De tussenkomst is mij door de uitgever ter beschikking gesteld, waarvoor mijn hartelijke dank.

3 reacties

Opgeslagen onder Boek review

Exotische vlinder of Muurbloempje?

Middelbare school + 5e klas = werkweek. En omdat ik op een relatief kleine school zat, was er geen sprake van een keuze voor de bestemming, maar werd die week sinds jaar en dag doorgebracht in Berlijn. Eerste helft jaren tachtig betekende dit het Berlijn “met Muur”. Mijn broer heeft dat alles mogen meemaken. Vol met verhalen, enthousiast en verbijsterd tegelijk, kwam hij na die week weer thuis. Helaas besloot mijn vader, twee jaar later, dat het voor mij (kleine lichamelijke handicap, daardoor destijds niet zo stevig ter been) niet verstandig was mee te gaan op werkweek. En hoe rationeel begrijpelijk ook, het voelt toch nog wel steeds als een gemiste kans.

Natuurlijk kan ik nu alsnog naar Berlijn, maar het huidige Berlijn zal anders zijn dan het ommuurde Berlijn van toen. Dat was voor Xavier Hackel al merkbaar, als hij een paar jaar na de val van de Muur weer naar Berlijn (en vervolgens naar Oost-Pruisen – Polen) gaat. Xavier is de hoofdpersoon uit de roman De schreeuw van de vlinder van Jan Herman Brinks (Brainbooks – Uitgeverij de Brouwerij).

Xavier Hackel is een jonge promovendus die in 1988 voor zijn universitaire onderzoek naar Berlijn gaat. Oost-Berlijn wel te verstaan. Hij wil onderzoeken wat de achterliggende motivatie is om een standbeeld van Frederik de Grote weer in ere te herstellen. Xavier ziet hierin een aanwijzing voor een mogelijke hereniging van de twee Duitslanden. Zijn omgeving is daar nog lang niet van overtuigd en in Oost-Berlijn worden zijn bewegingen dan ook nauwlettend in de gaten gehouden. Gaat hij als Westerling problemen veroorzaken? Is hij een communist, een marxist? De grote vraag is alleen: wie houdt hem precies in de gaten? Langzaam maar zeker sijpelt het wantrouwen in alles en iedereen bij Xavier naar binnen, ook in de relatie die hij vol overgave aangaat met de Oost-Duitse reisleidster Ilse. Dit wantrouwen, met een totaal ontredderd gevoel als gevolg, deed mij terugdenken aan de roman van Maartje Laterveer met de titel De mooiste kleur die niet bestaat (Meulenhoff). In die roman draait het primair om Julia die uit Oost-Berlijn weet te vluchten maar daarbij haar moeder en haar partner achterlaat. Later, na de de val van de Muur, gaat zij als journaliste terug en ontmoet haar grote liefde opnieuw. Zij wisselen hun verhalen uit, maar wie kan nu nog precies achterhalen hoe alles gelopen is. Wie heeft wie geholpen of juist verraden? Welk verhaal is juist en is “juist” niet een begrip bij uitstek dat door omstandigheden wordt ingekleurd?  Beklemmend, verwarrend, verontrustend.

Naast het thema naoorlogs Duitsland en de Muur valt De schreeuw van de vlinder op door de schrijfstijl en het taalgebruik van Brinks. Het is geen roman die je even snel weg leest, elke zin heeft zijn plek en zijn betekenis in het geheel. Brinks schuwt het gebruik van “moeilijke” (in de zin van niet-alledaagse) woorden niet en ook zijn zinsconstructies zie jij tegenwoordig niet vaak meer. Persoonlijk vind ik het wel prettig om zo nu en dan weer eens een boek te lezen waar je een beetje moeite voor moet doen. Na een schitterend en veelbelovend begin had ik even moeite om de aandacht er bij te houden. Maar met elke zin, met elke gebeurtenis werd dat steeds makkelijker. De grote mate van (historische) details verraadt de achtergrond van de schrijver als historicus en journalist. Het is ook wel bijzonder om bij stil te staan dat deze roman in 2013 is geschreven (althans in dat jaar uitgegeven), maar het verhaal zich in 1988 en een paar jaar daarna afspeelt.

Ilse noemt hem een vlinder, een exotische vlinder. Zij geeft hem een porseleinen vlinder en dat aandenken is voor Xavier gedurende een aantal jaren het tastbare bewijs van haar bestaan en hun gemeenschappelijke ervaringen. In de beleving van Ilse fladdert hij als een vlinder heen en weer tussen Oost en West, tussen persoonlijke, licht moralistische opvattingen en maatschappelijk verantwoorde stellingen. Xavier is geobsedeerd door de grens tussen Oost en West, zowel de fysieke in de vorm van de Muur als ook de psychische grens door het verschil in levens en opvattingen. Voor communisten is geschiedenis vooral politiek en dat blijkt dan ook uit hun gedrag en ideeën. Ook in zijn eigen familie zijn er muren opgeworpen. Het verleden van zijn grootouders en zijn eigen ouders drukt nog zwaar op het eigen leven van Xavier en beïnvloedt zijn toekomstvisie. Het beslechten van die muren kost trouwens minstens net zo veel moeite als het beslechten van de Berlijnse Muur.

Bij zijn aankomst in Berlijn ziet Xavier een prachtig huis in Jugendstil-stijl staan. Of dit huis er werkelijk staat, blijft de vraag. Het is misschien meer een materialisatie van de beschrijving van het huis van zijn grootouders. Dat huis staat echter in Oost-Pruisen en daar komt Xavier pas enige jaren na de val van de Muur terecht. Het huis heeft een soort boodschap voor hem. Dit deed mij terugdenken aan De schaduw van de wind van Carlos Ruis Zafón (Signatuur – A.W. Bruna). In mijn herinnering is daar ook een huis dat een bepaalde sfeer uitstraalt en een boodschap of waarschuwing wil laten uitgaan.

Ik heb niet de illusie dat ik de (diepere) bedoeling van Brinks helemaal heb ontdekt. Zeker wat het slot betreft heb ik daar mijn eigen invulling aan gegeven. En dat is misschien ook precies wat de schrijver ons toestaat. Geschiedenis is geen statisch, concreet gegeven en geschiedenis is niet alleen maar het verleden. Ook in het hier en nu is de invloed van “toen” voelbaar. Het maakt dat je af en toe ook met een meer afstandelijke blik naar het heden gaat kijken. En dat is zowel beangstigend als geruststellend. Al met al een bijzondere leeservaring.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Uitgeverij De Brouwerij maakte het voor mij mogelijk om De schreeuw van de vlinder te lezen, waarvoor mijn hartelijke dank.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review

Moderne fabels

Ik heb het druk, erg druk. Of ik maak mij druk, te druk. Hoe dan ook, de laatste tijd heb ik bar weinig gelezen en navenant nog minder geblogd. Het lezen komt er simpelweg niet van. Er ligt een stapeltje recensieboeken naar mij te loeren, stuk voor stuk interessante boeken, maar op de een of andere manier komen ze niet van die stapel af. En mijn beproefde methode om het lezen weer op gang te krijgen, namelijk met een spannende thriller of een echte feelgoodroman, wil dit keer ook niet helpen. Want er is maar weinig tijd en die wil ik zo goed mogelijk besteden, dus ligt “een tussendoortje” niet voor de hand. Al dat wikken en wegen leidt er uiteindelijk toe dat ik nauwelijks iets (uit)lees.

En juist op het moment dat ik dacht: “laat alles ook maar, het wil niet en het lukt niet en ik ga mijzelf niet dwingen, want lezen moet het synoniem blijven van plezier”, juist op dat moment sloeg ik de verhalenbundel Mens vs. Natuur open. Een bundel van twaalf bizarre verhalen van de hand van Diane Cook, mooi vormgegeven in een uitgave van Meridiaan Uitgevers.

Een waarschuwing is hier wel op zijn plaats: het is in ieder geval onmogelijk om maar één verhaal te lezen. Als je eenmaal de smaak van haar schrijfstijl te pakken hebt (en dat duurt echt niet lang!), kun je niet anders dan de hele bundel willen lezen. Zowel qua schrijfstijl als qua inhoud is dit één van de meest indrukwekkende publicaties die ik de laatste tijd gelezen heb. En bij elk nieuw verhaal stonk ik er weer in: het verhaal begint redelijk “normaal”, voortkabbelend, het zou kunnen gaan om je buurman of een collega. En dan opeens, in no-time, zit je in een bizarre, onwerkelijke, beangstigende situatie en ontsnappen is geen optie. Het is niet eng in de zin van horror of sommige fantasy, het enge zit er in dat je voortdurend het gevoel hebt dat dit morgen zomaar in het echt kan gebeuren.

Het zijn twaalf absurde en bizarre verhalen. In elk verhaal is er sprake van strijd, mens tegen natuur maar zeker ook mens tegen mens en mens tegen zichzelf. En ik merkte bij mijzelf dat ik voortdurend werd heen en weer geslingerd tussen empathie en antipathie jegens de hoofdpersoon in elk afzonderlijk verhaal. Want hoe oordeel je over een persoon die zich in zijn eigen huis verstopt in een periode dat de wereld overstroomt. Hij heeft genoeg te eten en te drinken en zorgt er angstvallig voor dat niemand uit het overvolle buurhuis bij hem terecht komt. Eigen belang gaat voor groepsbelang. Maar als dan blijkt dat de groep juist doordat het een groep is, veel sterker blijkt in overleven, wat dan? Hoe moet de eenling dan handelen?

En wat doe je als er een vreemd, alles vermorzelend monster in jouw kantoorpand rondwaart? Ga jij je collega’s helpen om te vluchten of maak jij jezelf als eerste uit de voeten? En als jij als tienjarige jongen overbodig blijkt te zijn? Stap jij dan zonder morren in de Stortkoker? En ga zo maar door. De thema’s liegen er niet om.

Maar bovenal maakt deze bundel indruk door het schrijverstalent van Diane Cook. Een soepel lezende schrijfstijl met mooie beeldspraak en prachtig geconstrueerde zinnen. Een genot om te lezen, ondanks de steeds vreemder en extremer wordende en agressievere verhalen. Ik moest wel af en toe even naar adem happen en het adrenalineniveau laten dalen. Zo bijzonder en bij elk verhaal had ik zoiets: dit moet ik nog eens lezen. Er is het voortdurende gevoel dat er nog veel meer uit de verhalen te halen is. Die extra dimensie vind ik uitermate aantrekkelijk.

Ik mocht deze bundel lezen als “toetje” op het afgelopen lees- en blogseizoen van de leesclub Een perfecte dag voor literatuur. Hartelijk dank voor de uitgever voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar, maar ook grote dank voor het uitgeven. Het is ook typisch een bundel om weer eens nadrukkelijk stil te staan bij de rol en de invloed van een vertaler. Volgens mij kan een vertaler echt het verschil tussen “wel aardig” en “subliem” maken. Ik vind dat Kees Mollema er zeker voor gezorgd heeft dat ik een optimale leeservaring had. Dus vertaler, chapeau!

Over elk verhaal is het een en ander te vertellen, maar natuurlijk is mijn advies dat jij zelf deze bundel moet lezen :). Bij het eerste verhaal (over een vrouw die weduwe is geworden, al haar bezittingen heeft moeten inleveren en nu in een tehuis moet wachten op een nieuwe partner) moest ik terugdenken aan de roman Het verhaal van de dienstmaagd van Margaret Atwood (Prometheus). Deze roman is van een al wat oudere datum, maar de inhoud is nog springlevend. In een totalitair regime leven mannen en vrouwen volgens strakke regels en duidelijke, afgebakende groepen. Elke groep heeft een eigen opdracht en het hele leven staat in het teken van die opdracht. Beklemmend, absurd en realistisch tegelijk. Knap geschreven.

Door dit soort boeken en verhalenbundels weet ik weer waarom ik zo van lezen hou. Gelukkig heb ik binnenkort vakantie. Eens even flink bijslapen en ontspannen, dan komt het vast allemaal weer in orde. En dat is meer dan de hoofdpersonen van Diane Cook en Margaret Atwood kunnen zeggen.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

1 reactie

Opgeslagen onder Boek review

Het risico van zin

Koninginnedag 2009. Weet je het nog? De dag dat een man in een kleine zwarte auto om de een of andere onverklaarbare reden het nodig vond om een rampspoed over Apeldoorn uit te storten door in te rijden op de stoet auto’s met daarin de koninklijke familie. De wereld, althans Nederland, stond even stil.

Op die dag waren mijn lief en ik aan het werk op een festivalterrein in Amsterdam. Een goede vriend van ons heeft een bedrijf in, zeg maar, “licht en geluid” en hij had op die dag een groots muziekfeest in Amsterdam georganiseerd. Ik hielp mee in een werkelijk snikhete caravan van waaruit de verkoop van muntjes voor consumpties en dergelijke plaatsvond. Langzaam maar zeker drong het vreselijke nieuws tot ons door en het feest is die dag niet meer goed op gang gekomen. Het was zo’n berucht moment dat je je realiseert wat er allemaal mis kan gaan bij een dergelijke groot evenement, hoe belangrijk beveiliging is, een noodplan, een goede planning en de juiste mensen. Dat besef heb ik sindsdien vaker gehad bij andere projecten waarbij wij die vriend geholpen hebben (en even afkloppen, bij hem is tot nu toe gelukkig nooit iets echt fout gegaan).

Hier moest ik aan terugdenken tijdens het lezen van Zin (met als ondertitel Mijn maand met Q) van de Nederlandse schrijfster Jackie van Laren (de Boekerij). In deze roman draait het om Nina (als afkorting van Nierika-Namasté) die als 26-jarige jonge vrouw bij het bedrijf van Q (voluit Wessel Quist) gaat werken in de functie van Personal Assistant. Q is een wereldberoemde dj en zijn bedrijf organiseert Moonbeam, dance/trance- & muziekfeesten bij maanlicht. De Nederlandse uitvoering vindt plaats in de proeftijdperiode van Nina en aangezien Q en Nina hebben afgesproken dat de proeftijd in ieder geval niet eerder dan na afloop van 30 dagen zou eindigen, maakt Nina de voorbereidingen en de feestnacht zelf mee.

Bij die voorbereidingen krijgen we een vluchtig kijkje achter de schermen van een dergelijke onderneming. We vliegen mee met Q over de wereld om her en der “zijn ding” te doen en daarmee óf extra financieel budget óf extra promotionele aandacht te krijgen. En je ziet natuurlijk al een eeuwigheid aankomen dat er tijdens het feest iets faliekant mis zal gaan. Deze elementen van het boek spraken mij aan. Naast dit gedeelte is er (natuurlijk) veel aandacht voor de emotionele en fysieke spanning tussen de hoofdpersonen, inclusief erg veel misverstanden, erg veel geld uitgeven, erg veel redelijk eendimensionaal uitgewerkte karakters en bovenal erg veel sex. Alles bij elkaar klinkt dit voor mij als een echte chicklit.

Ik weet inmiddels dat mijn leessmaak meer ligt bij romans die mij tot nadenken aanzetten en een beroep doen op mijn eigen verbeelding. Boeken waarin eigenlijk alles voor mij wordt uitgespeld wat betreft feitelijke ontwikkelingen, emoties, gedragingen en gedachten, kunnen wel heerlijk zijn om even zonder al te veel moeite snel te lezen en een paar uurtjes leesplezier te veroorzaken. Dat is dan ook mijn ervaring met Zin. Niet meer en niet minder. Toen ik het bericht van de uitgever over Zin voorbij zag komen, had ik al wel enige reserve of deze roman bij mij (en dus bij mijn boekenblog) zou passen. Dat heb ik ook aangegeven, maar toch mocht ik een leesexemplaar ontvangen. En ja, dan ga ik het natuurlijk lezen en er over bloggen. Beloofd is beloofd. Dat is ook een leefregel van Nina, wat haar in eerste instantie enige ongemakkelijke ervaringen oplevert 😉

Kortom, Zin is een niet-diepgaande roman over de ontwikkeling van een jonge vrouw, die haar eigen weg in het leven moet zien te vinden en daarbij wordt uitgedaagd om haar grenzen te verleggen. Nina heeft haar ideeën over haar wonderlijke jeugd in een typisch vrijgevochten hippie-gezin. Zij maakt voor zichzelf regels over hoe zij wil leven en hoe haar toekomst er uit moet zien. En als dan haar contact en omgang met Q dwars op die regels komt te staan, maakt dat haar onzeker maar het leidt er ook toe dat zij op een andere manier naar haar jeugd gaat kijken en naar haar liefhebbende, haar altijd onvoorwaardelijk steunende ouders.

Als je houdt van boeken in het genre van Zes maanden zonder van Charlotte de Monchy (de Boekerij), Tot de laatste cent van Erin Duffy (The house of books) en De schilder van Nora Roberts (de Boekerij) en ja, die heb ik zelf ook allemaal gelezen, prima ontspanning maar voor mij niet primair blog-waardig en ik zag pas bij het verzamelen van de plaatjes van de boekomslagen en de linkjes dat er nog twee van dezelfde uitgeverij bij zitten, dan vermoed ik dat jij kan genieten van Zin. En weet je wat dan extra aantrekkelijk (en dus een “risico”) is? Zin is het eerste deel van een trilogie! Deel 2 en deel 3 verschijnen zelfs nog in 2015.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Elke leeservaring is een ervaring. Daarom gaat mijn dank uit naar De Boekerij voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review

“Je gaat toch wel lief over me schrijven?”

Het is alweer ruim een jaar geleden dat ik naar het Boekenbloggersevent van Uitgeverij Meulenhoff ben geweest. Eén van de onderdelen op die dag was een workshop “recensie schrijven”, gegeven door Marieke Groen. Zij schudde de groep wakker met de opmerking dat “elke blogger schrijft om gelezen te worden”. Het vaak naar voren geschoven argument dat je het vooral voor jezelf doet, verwees zij onverbiddelijk naar de prullenbak. Vrije quote: “als je alleen voor jezelf schrijft, hou het dan bij een dagboek en leg dat ver weg in een la”.

Ik moest hier de afgelopen tijd regelmatig aan terugdenken. Want wij, de boekenbloggers van Een perfecte dag voor literatuur, zouden vandaag een bepaalde uitgave bespreken. Inderdaad zouden, want de auteur heeft aan Cathelijne, onze organisator, gevraagd door onze club geen aandacht te laten besteden aan de publicatie. Onbegrijpelijk, toch, als je auteur bent?! Dat was mijn eerste reactie. Mijn tweede reactie is (uiteraard)  iets genuanceerder: waarom ziet deze auteur zo op tegen een publiciteitsbommetje via Een perfecte dag voor literatuur? Nog iets algemener gesteld: welk imago hebben boekenbloggers en dan met name bloggers die in groepsverband of in een blogtour over een bepaald boek, verhalenbundel, gedichten of anderszins schrijven?

Ik lees graag en ik blog graag over wat boeken met mij doen. Een perfecte dag voor literatuur is een geweldige stimulans om allerlei romans van een kwalitatief hoog niveau te lezen.Voor mijzelf heb ik ontdekt dat over een leeservaring schrijven een extra dimensie aan het geheel toevoegt. Het valt zeker niet altijd mee om een mening te verwoorden, een mening die ook enige dagen/weken/maanden later nog stand houdt. Dat alles maakt dat ik mijn boekenblog, hoewel een hobby, serieus aanpak en mij inspan om een zo eerlijk en reëel mogelijke blogpost te schrijven. Daarbij is mijn eigen persoonlijkheid natuurlijk een niet te verwaarlozen ingrediënt 🙂 : ik houd van afwisseling, van associëren, van nadenken.

Genoeg over mij. Hoe zit het nu met boekenbloggers in het algemeen? Zijn er te veel promotionele acties en blogtours waarbij “de gewone lezer” wordt ingeschakeld? Klinkt dit inmiddels dermate commercieel dat “het lijdend voorwerp” er niet meer in gelooft dat aan dergelijke acties vaak serieuze bloggers mee doen? Is het verklaarbaar dat een schrijver of dichter “bang” is voor een mogelijk niet-gefundeerde mening van “zo maar wat lezers”?

Vanwege de door mij zo gewenste afwisseling doe ik regelmatig met acties mee. Ik heb bijvoorbeeld meegedaan met een blogtour rondom de roman De barmhartigen van Koen van Wichelen, de blogpost Sores voor Sores was daarvan het gevolg. En De hoogte van de letters was naar aanleiding van de blogtour over een roman van Joachim Meyerhoff met de krankzinnige titel Wanneer wordt het eindelijk weer zoals het nooit is geweest. En ik doe ook regelmatig mee met het initiatief (op twitter) Leestweeps en daar wil ik ook nog wel eens een blogpost over schrijven, bijvoorbeeld Wat zou je doen, geïnspireerd door Mijn vader was een NSB’er van Elmer den Braber.

En zelfs als ik dan van mening ben dat een boek als literaire prestatie (wat dat dan ook precies mag zijn) niet tot de top hoort, blijkt vaak dat in dat geval het thema toch voldoende prikkelt om een blogpost te willen schrijven. Mijn oma riep vroeger te pas en te onpas: “stilstand is achteruitgang” en dat geldt ook voor lezen. Door te lezen verruim je je eigen wereld en al lezend meander je langs steeds meer boeken, boeken die voor de eigen ontwikkeling zo belangrijk kunnen zijn.

Misschien gooi ik de knuppel dan nu maar eens in het hoenderhok en roep ik uitgeverijen op om in contact met hun auteurs meer aandacht te besteden aan de boekenbloggerswereld. Natuurlijk zijn er puur commerciële acties, maar vele activiteiten zijn er simpelweg op gericht om een mooi, nieuw product de kans te geven om een plek in ons collectief leesgeheugen te verwerven. Niet omdat het politiek correct is om een bepaald boek op tafel te hebben liggen, maar juist om zo de gelegenheid te bieden aan lezers om kennis te maken met de persoonlijke manier waarop die auteur de wereld om zich heen weet te vangen in woorden.

Er zijn heel veel gepassioneerde boekenbloggers. Misschien ligt de voorkeur van de ene blogger meer bij een spannende roman met een duidelijke verhaallijn en die van een andere blogger weer meer bij stilistische hoogstandjes, mooie sfeerimpressies en dergelijke. De een zal meer aandacht hebben voor korte verhalen, de ander heeft meer ervaring en interesse in gedichten van Nederlandse bodem. De rode draad is dat wij ons allemaal inspannen om onze lezers een goed beeld te geven van wat wij gelezen hebben. Daarmee kunnen onze lezers ook weer de lezers van de auteur worden.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Uit het bovenstaande blijkt dat ik GRAAG wil dat publicaties van mijn hand worden gelezen. Dus ik vind het leuk als jij mij volgt op wordpress, bloglovin’, twitter, goodreads, hebban en/of facebook.

Wat mijn medebloggers vandaag schrijven, lees je hier.

7 reacties

Opgeslagen onder Boek review

Elke’s lot

Broeierig. Ongemakkelijk. Dat zijn woorden die blijven hangen na het lezen van de roman Muidhond van Inge Schilperoord (Uitgeverij Podium). En je moet maar durven: een verhaal schrijven met een pedofiel als hoofdpersoon. Inge Schiperoord durfde dat gelukkig. Haar achtergrond van forensisch psycholoog zal haar zeker hebben geholpen bij het thema, maar het zijn toch echt haar schrijverskwaliteiten die van dit boek een bijzondere leeservaring maken.

In Muidhond maken we kennis met Jonathan. Jonathan is in principe een volwassen man. Volwassen qua leeftijd, maar niet qua persoonlijke ontwikkeling. Hij heeft enige tijd vastgezeten, maar vooralsnog komt hij op vrije voeten. Waarom hij vastzat, wordt niet met zo veel woorden verteld, maar er komt wel duidelijk naar voren dat het te maken heeft met het contact tussen Jonathan en een (jong) meisje. Hij keert terug naar het huis van zijn oude, ziekelijke moeder om daar zijn leven weer op te pakken en er hard aan te werken dat hij “een beter mens” wordt. Om dat te bereiken heeft hij  een werkboek met opdrachten en maakt hij elke dag een planning om op tijd zo goed mogelijk aan die opdrachten te werken. Jonathan heeft van alle woorden en adviezen van zijn begeleiders niet veel begrepen. Hij heeft wel gevoeld dat het om hem ging, maar de gebruikte termen en technieken bereiken hem niet. Als lezer realiseer je wat een groot gapend gat zich bevindt tussen wat de professionele begeleiders willen bereiken en dat wat op de “patiënt” overkomt en door die persoon begrepen kan worden. Niet alleen voor Jonathan, maar voor deze hulpverlening in het algemeen.

Jonathan en zijn moeder moeten binnenkort verhuizen, omdat hun wijk wordt gesloopt. De meeste buurtbewoners zijn al vertrokken. Op het moment dat Jonathan weer thuiskomt, woont er een moeder met een dochtertje naast hen. Deze moeder is meer af- dan aanwezig en uit alles komt naar voren dat het meisje bijzonder vaak op zich zelf is aangewezen. Het meisje, met de zeer toepasselijke naam Elke, sluit vriendschap met Jonathan en komt langzaam maar zeker steeds meer in zijn persoonlijke omgeving. Het is uitermate intrigerend om mee te maken hoe Jonathan de ontwikkelingen beschouwt, grip probeert te houden op de situatie en desondanks zijn eigen grens steeds verder verlegt. De weersomstandigheden werken ook niet mee: het is een hele warme, broeierige, zomerse periode. Jonathan houdt van vissen. Op één van zijn tochten treft hij een muidhond (dat is een soort zeelt) en die vis gaat mee naar huis om door hem verzorgd te worden. Een prachtige metafoor om de troosteloze, hopeloze situatie van Jonathan zelf weer te geven. Net zo als de vis slechts loom kan rondhangen in het aquarium of doelloos rondjes zwemmen, zo vergaat het Jonathan ook. Hij worstelt met zijn eigen gedachten en gevoelens, maar hij is onvoldoende in staat om zijn eigen omstandigheden te veranderen. Zijn contact met Elke nadert een climax. En het had letterlijk elk meisje kunnen zijn, want het is vanaf het allereerste begin al onvermijdelijk dat Jonathan weer “de fout” in zal gaan. Hoe de climax er precies uitziet, was zeker verrassend. Voor het hoe-wat-waarom moet je toch echt zelf deze roman gaan lezen. Ik kan het je zeker aanbevelen.

Het is een geweldige prestatie van de schrijfster dat zij door de manier waarop zij ons meeneemt in de wereld van Jonathan, er voor zorgt dat ik een lichte sympathie voor hem ging voelen. Je gaat hem enigszins begrijpen, in die zin dat het niet tot een acceptatie van zijn handelen leidt maar wel dat je je realiseert dat hij ondanks al zijn harde werken, eigenlijk niet anders kan dan doen wat hij doet. Een ongemakkelijk besef.

Door die zinderende hitte, de broeierige atmosfeer moest ik opeens denken aan Meisje in het veen, een roman van Koos van Zomeren (Singel Uitgeverijen – Arbeiderspers). Dit boek heb ik jaren geleden in het kader van mijn leesclub-irl gelezen en eerlijk gezegd heb ik er destijds geen plezier aan beleefd. Ik vond het een raar verhaal over een vreemde man (Willem Egge) en een voor mij op dat moment wat ongrijpbaar thema. Verder heb ik weinig actieve herinnering aan het verhaal van Van Zomeren, wat er precies gebeurde (of juist niet gebeurde). Het blijft een bijzonder fenomeen dat er dan toch door het lezen van een ander boek, een herinnering naar boven piept, een herinnering aan een boek dat verder in mijn geheugen is weggezakt. Blijkbaar heeft de schrijver de sfeer dermate goed neergezet, dat ik dat onbewust toch in mijzelf heb opgeslagen en daar nu op teruggrijp. Het is dus zo’n boek waarvan ik nu denk: moet ik het misschien herlezen? Heb ik het destijds niet op de juiste waarde weten te schatten? Maar ja, herlezen of nieuwe boeken lezen, dat blijft een lastige keuze.

Overigens moest ik nog aan een ander boek denken tijdens het lezen van Muidhond. Door de uitgebreide aandacht voor de vis, de pogingen van Jonathan om de leefomgeving voor de vis op orde te houden en de muidhond van goede en voldoende voeding te voorzien, bedacht ik mij dat ik nog een roman in de kast heb staan met de titel Vissen voeren van Fabio Genovesi (AW Bruna – Signatuur). Dit boek heb ik als vooruitleesexemplaar een jaar of 3 geleden gewonnen bij een promotionele actie. Ik was toen nog niet bezig met mijn boekenblog en tot mijn grote schande moet ik bekennen dat ik het boek simpelweg in de kast heb gezet en tot nu toe nog niet de moeite van het lezen heb genomen. Daar komt nu op korte termijn verandering in! En wellicht volgt er dan nog een blogpost over 😉

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review