Maandelijks archief: november 2015

Een verwilderde tuin

(Wil je niets missen? Volg mij dan voortaan op http://www.theonlymrsjo.nl)

Misschien komt het doordat ik ouder word, misschien komt het doordat ik tot nu toe al het een en ander in het leven heb meegemaakt. Misschien komt het nergens speciaal door. Maar het is een feit dat ik steeds vaker bij het lezen van een boek niet eens zo zeer getroffen word door het verhaal als zodanig, maar juist door alle herinneringen uit en associaties met mijn eigen familie en mijn eigen leven. En als dat dan ook nog eens wordt gecombineerd met een prachtige schrijfstijl, dan beïnvloedt dat vanzelfsprekend onmiddellijk mijn leesoordeel.

ik kom terugHet toeval bepaalde dat de roman Ik kom terug van Adriaan van Dis (Atlas Contact) deze maand zowel in mijn leesclub in-real-life als in de boekenbloggersleesclub Een perfecte dag voor literatuur aan de orde kwam. Tijdens de bespreking in mijn leesclub viel het mij dit keer extra op dat ieders mening wordt ingekleurd door eigen ervaringen. Dat is ook logisch (en uiteraard prima), maar de ene keer is het meer te merken dan een andere keer. Het viel mij dit keer bijzonder op, omdat er bijvoorbeeld regelmatig werd gezegd dat de moeder van Adriaan van Dis zeker geen lieve, zorgzame vrouw was. Daar moest ik over nadenken, want ik had haar niet als “de moeder van” gezien. Ik had namelijk in haar mijn grootmoeder en minimaal één tante “herkend”. En sommigen leden konden feilloos een aantal gebeurtenissen uit het boek benoemen, terwijl ik mij dat wel herinnerde en erover kon meepraten maar het zelf eigenlijk niet als belangrijke elementen uit het boek had gezien.

De roman is de weergave van gesprekken tussen moeder en zoon tijdens de laatste periode van haar leven. Het kost niet veel moeite om te ontdekken dat moeder en zoon een ingewikkelde, getroebleerde, relatie met elkaar hebben. Tijdens de gesprekken, waarvan is overeengekomen dat Adriaan deze in een boek zou neerleggen, wordt steeds duidelijker hoe deze persoonlijkheden in elkaar steken en welke karaktereigenschappen tot deze relatie hebben geleid. In mijn leesclub werd verzucht dat het jammer was dat het meer om die relatie dan om de moeder zelf ging. Dat kan ik onderschrijven áls het je, als lezer, te doen is om vanuit historisch perspectief meer te weten te komen over de levens van zelfstandige vrouwen vlak na de Eerste Wereldoorlog tot ver na de Tweede Wereldoorlog, waarbij in het geval van de moeder van Van Dis dit leven zich ook nog gedeeltelijk in Indië heeft afgespeeld. Zelf was ik veel meer geïnteresseerd in die bijzonder relatie tussen moeder en zoon.

Van Dis geeft zelf de allermooiste omschrijving van zijn moeder: zij is als een verwilderde tuin. Ik kan mij dat volledig voorstellen. Er komt inderdaad geen beeld van een extreem lieve, hartelijke moeder naar voren. Veel meer zijn de overwoekerende en (bijna) alles verwurgende stekels voelbaar. Zij prikt en steekt regelmatig keihard in de ziel en de gemoedsrust van de schrijver, maar ook bij andere personen die voor kortere of langere tijd deel uitmaken van haar leven. Door alles wat haar heeft gevormd, is het niet makkelijk om tussen het onkruid toch ook mooie, menselijke trekjes te vinden. En toch, af en toe is er een onverwachte, prachtig bloeiende bloem. En dan is het goed opletten en je te goed doen aan dat moois, want het plantje is uitgebloeid voor je er erg in hebt. Maar door die plotseling bloemenpracht is er het besef dat deze vrouw niet zomaar iemand is, met levenservaring, een scherpe geest en een bijzondere humor.

Hoewel ik van een andere (jongere) generatie ben dan Adriaan van Dis, kon ik moeiteloos een aantal signaleringen van hem plaatsen. Ik vind zijn moeder (en hemzelf) echt een product van de tijd. Prachtige rode draad is de koffer die zij met haar leven bewaakt. Niemand, maar dan ook echt niemand mag aan die koffer komen of weten wat er in zit. Tegen de einde van haar leven begint zij op te ruimen (lees: weg te gooien). En drie maal raden wat er na haar overlijden in die koffer blijkt te zitten …. En ziedaar, daar is mijn oma. Mijn oma heeft er eigenhandig voor gezorgd (aldus de overlevering) dat er na haar overlijden geen persoonlijke brieven of andere documenten achterbleven. Ik vind het indrukwekkend als iemand op die manier zelf de regie in handen houdt.

En mijn tante? Die zie ik nog levendig voor mij, door haar huis lopend en overal en nergens aantekeningen makend. Meestal op de achterkant van oude ansichtkaarten of, zoals de moeder van Van Dis, op de achterkant of binnenkant van rouwkaarten. Hoe ouder je wordt, hoe meer rouwkaarten er op de mat vallen, dus altijd genoeg “notitiepapier”. Na haar overlijden was er geen enkele notitie terug te vinden.

Een andere “trigger” voor mij is het verschil in doen tussen broer en zus. Zus Saskia komt ook over, om nog bij moeder te kunnen zijn. Zij begint meteen schoon te maken en te poetsen, al foeterend op Adriaan dat hij zijn moeder niet in die omstandigheden had mogen laten zitten. Hij vlucht weg, naar een congres in het buitenland. En precies in de periode komt moeder dan uiteindelijk te overlijden. En dan begint voor hem het proces van aanvaarden en verwerken.

de wandelaarNatuurlijk had ik deze blogpost ook moeiteloos kunnen vullen met mijn mening over het schrijverstalent van Van Dis. Dan had ik een flink aantal superlatieven uit de kast gehaald, want ik ben erg gesteld op de manier waarop hij zijn pen hanteert. Eerder las ik van hem Tikkop en De wandelaar. In het persoonlijke verhaal zoals verwoord in Ik kom terug, is de hak-op-de-tak methode heel functioneel. Zo gaan gesprekken ook, van voor naar achter en van links naar rechts. En zelden heb ik een roman gelezen waarin het venijn (of iets gematigder gezegd: de versterking van het geschrevene) in de laatste zin, een enkele keer in de laatste zinnen, van een hoofdstuk zit.

Is het duidelijk? Of zal ik nog even uitdrukkelijk zeggen dat ik dit een fantastische leeservaring vond? 😉

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Mijn hartelijke dank gaat uit naar Uitgeverij Atlas Contact voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar. En via deze LINK kun je lezen wat de medebloggers van Een perfecte dag voor literatuur van deze roman vinden.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review

Factor 7

Mededeling: binnenkort verschijnen mijn artikelen alleen nog op http://www.theonlymrsjo.nl. Abonneer je op mijn blog of volg mij via Bloglovin of Facebook om niets te missen.

====

Ik ben goed in het neerzetten van een structureel plan van aanpak en het regelen van een efficiënte planning. Minder goed ben ik in het mij houden aan die planning 🙂 . Dat wil zich bij het bloggen wel eens uiten in het op het laatste moment lezen van een roman waarover ik heb afgesproken op een bepaalde datum een blogpost online te zetten. Mijzelf kennende is een beetje deadline-stress niet erg en soms zelfs extra inspirerend, maar het risico bestaat dan dat er eigenlijk onvoldoende tijd is om over het gelezene na te denken en een leeservaring onder woorden te brengen. En ik vermoed dat ik daar nu mee heb te kampen. Ik heb namelijk voor de boekenbloggersleesclub Een perfecte dag voor literatuur de roman Zeg maar dat we niet thuis zijn van Rashid Novaire (Ambo Anthos) mogen lezen. Dat heb ik de afgelopen dagen gedaan en ik heb een aantal uren zeer zeker leesplezier gehad, maar eerlijk gezegd heb ik nog geen idee wat ik van dit boek vind.

zeg maar dat we niet thuis zijn

Zal ik het lezen als het tragikomische verhaal van een jonge man, Milan den Hartog, die wanhopig op zoek is naar een nieuwe toekomst en zich ontworstelt aan zijn jeugd bij twee, elkaar regelmatig in de haren vliegende, moeders en aan zijn huidige werkomgeving? Die werkomgeving is trouwens een uitvaartonderneming, dus een rechtstreekse combinatie van leven en dood. Alleen al die setting geeft genoeg om over te schrijven en om over na te denken. Hij maakt in de laatste week dat hij dit werk nog wil doen, nog van alles en nog wat mee, inclusief een dode die via mail met zijn kinderen communiceert, een Aldi-boodschappentas vol met geld en de verdwijning van het stoffelijk overschot van een Marokkaanse oma.

Of zal ik op zoek gaan naar diepere bedoelingen, filosofische overwegingen en dergelijke? Er komen meer dan genoeg mooie zinnen in voor die pas enkele passages later goed tot mij doordrongen. Het gebeurt niet vaak, maar ik heb nu af en toe teruggebladerd om zinnen opnieuw te lezen. Zo is er een oudere mevrouw die spontaan tegen Milan begint te praten en vertelt dat alles in drie dimensies gebeurt: de belofte, de vertelling en het gemis. En er wordt tijdens een uitvaartdienst een spreuk gehanteerd over dansen op de rug van de zee zonder te verdrinken. Geen alledaagse beelden. Ik ben er van overtuigd dat dit een boek is dat in de komende tijd/jaren op onverwachte momenten weer in mijn geheugen naar voren komt, maar nu is de ervaring nog te nieuw om een goed oordeel te kunnen vormen. Ik heb zelfs overwogen om met het schrijven van deze blogpost te wachten totdat de eerste publicaties van mijn medebloggers online komen (die publicaties kun je overigens vinden via deze LINK), om een idee te krijgen wat zij van deze roman vinden. Maar ik ben nog nooit weggelopen voor mijn verantwoordelijkheid en vrijheid om een eigen mening te vormen, dus heb ik uiteraard op eigen houtje deze blogpost geschreven.

Hoe het uiteindelijke oordeel ook zal zijn, het boek springt positief naar voren door de eenvoudige schrijfstijl. Dat is volgens mij pure schijn: hoe eenvoudiger je wilt schrijven, des te moeilijker dat is. Naar mijn idee zit het verhaal ook vol met symboliek, zoals de opdeling in zeven hoofdstukken, zijnde de zeven dagen dat Milan nog bij de uitvaartonderneming werkt. Hij heeft er dan zeven jaar gewerkt. Zeven is in de christelijke traditie een heilig getal: de zeven dagen van de schepping, de zeven vette en magere jaren etc. Hoe dit in andere religies is, weet ik niet.

djinnIk kon er niets aan doen en ik weet ook niet waarom, maar ik zag bij hoofdpersoon Milan steeds Tofik Dibi voor me. Dibi, de ex-politicus van Marokkaanse afkomst, is er recentelijk vooruitgekomen dat hij homoseksueel is. Deze “bekentenis” levert hem naar mijn mening zowel rust als onrust op. Dat gevoel had ik ook bij Milan. Hij doet zijn uiterste best om anderen te begeleiden (zowel in zijn werk als in zijn privéleven) en probeert ook voor zichzelf duidelijk te krijgen wat hij wil en wat hij voelt, maar dat is zeker niet simpel. Dibi heeft ook een boek geschreven (dat ik niet heb gelezen) en dat boek heeft als titel Djinn (Prometheus). Een djinn is, simpelweg in mijn woorden, een kwade geest die bezit van jou kan nemen. Deze djinns werden in de roman van Novaire ook gevreesd tijdens de bijeenkomst van de Koerdische familie die moet besluiten waar hun overleden vader wordt begraven.

dertig dagenHoewel de roman een chronologische volgorde heeft, is er toch voldoende ruimte voor “uitstapjes”. Dat komt met name doordat Novaire de overleden Koerdische vader “aan het woord” laat komen en hem laat aangeven wat er voor hem belangrijk is en hoe hij zijn leven in Nederland heeft ervaren. En ook door de verhalen van de nabestaanden is er ruimte om de sfeer goed neer te zetten. De sfeer van Zeg maar dat we niet thuis zijn deed mij denken aan Dertig dagen van Annelies Verbeke (Uitgeverij De Geus). Er zit een subtiele combinatie van emotie en een zekere afstandelijkheid in die doet vermoeden dat er onder het oppervlak van alles borrelt en bruist. Het is een schrijfstijl waar ik van houd, met name ook omdat ik daardoor extra moet nadenken over wat ik van de inhoud vind. Knappe prestaties van auteurs om in de overweldigende hoeveelheid publicaties die elke maand het daglicht zien, hiermee de aandacht te trekken!

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Mijn hartelijke dank gaat uit naar uitgeverij Ambo Anthos voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar. In deze roman komen cultuurverschillen en verschil in religieuze opvattingen op natuurlijke wijze naar voren. Gezien de recente gebeurtenissen in Parijs (op vrijdag 13 november 2015) geeft dit een extra dimensie aan de leeservaring.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review

Ik mis de waterige maan*

Mijn lief las Een vrouw van staal van Corine Nijenhuis (Uitgeverij Brandt). Dit is zijn relaas:

vrouw van staalHet is doodstil in huis als ik het boek sluit na nog wat foto’s en tekeningen bekeken te hebben die in het boek staan. Ik voel me droevig en blij tegelijk, maar de droefheid overheerst. Gauw de oven aanzetten om straks bij het avondeten warm brood te hebben en dan zet ik mij achter de pc om meteen mijn leeservaring op papier te zetten.

Pffff heel soms is er een boek dat véél meer met je doet dan je ooit voor mogelijk had gehouden. De argeloze lezer die dit boek in zijn hand weegt in de boekhandel of in de bibliotheek en de achterflap leest, kan niet vermoeden dat je tijdens het lezen volledig onderdeel wordt van de families die met dit schip hun boterham verdienden. Of word ik onderdeel van het schip zelf, dat door verschillende families liefdevol wordt verzorgd ? Het is lastig te duiden hoe het nu precies zit. Maar waarom nu blij en droef? Wel, blij omdat ik dit boek heb mogen lezen en dat het zo mooi en liefdevol geschreven is en droef omdat ik opnieuw ben gaan houden van alle herinneringen die ik dankzij dit boek mocht ophalen aan een voor mij reeds lang voltooid verleden uit mijn jeugd waar ik dolgraag af en toe weer naar zou terugkeren.

Op de dag dat ik werd geboren in 1964 werd het eerste schip van mijn vader (†1989), zijnde een houten motorkruiser van ongeveer 8 meter lang, afgeleverd. Met eigen handen bouwde hij dit schip af en -op. Het was voor 7 jaar ons thuis in alle weekenden en vakanties. In 1971 werd dit schip opgevolgd door een 12 meter lang stalen motorschip type Doggersbank en weer 10 jaar later kwam er een 14 meter lange motorsailor van het type Volkerak 46 voor in de plaats. Met al die schepen heb ik mijn hele jeugd op het water doorgebracht en de wateren van Nederland,  België, Duitsland en Denemarken ontdekt. “Een vrouw van staal” is dan ook voor mij een aangename tocht der herkenning, als de tochten die zij maakt zo mooi en treffend worden beschreven zoals dat haast alleen kan als je ze zelf hebt gemaakt.

Deze biografie van een schip is een reis van 100 jaar die je maakt aan de hand van de families die in die periode het voorrecht genieten met haar te mogen varen. Maar het is ook een reis door de tijd die zo duidelijk weergeeft hoe erg de wereld veranderd is in “maar” 100 jaar. En dan bedoel ik niet het verschil in aandrijving van het schip van zeil naar zeil met hulpmotor naar motorschip, maar vooral de veranderingen van en in het land door twee wereldoorlogen, industrialisatie, wegen, vrachtwagens, bruggen, dijken en sluizenaanleg waar die vroeger niet was en de invloed van groeiende technologische ontwikkelingen die zich in een steeds rapper tempo voltrekken.

Het liefst zou ik jullie allemaal willen overtuigen om dit boek te gaan lezen! Ook als je geen verwoede vaargast bent of niets met de binnenvaart hebt, geeft dit boek je een prachtig verhaal om te lezen en om mee te leven. Ook geeft het een inzicht in de strijd om vracht om te vervoeren zoals die in de 20e eeuw een dagelijkse zorg was voor veel schippersfamilies in Nederland. De binnenvaart heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling en dus ook het verleden van ons land en is nog steeds een belangrijke en relatief schone manier van transport in ons waterrijke land. Veel historische schepen zijn gered van de sloop en worden nog altijd liefdevol onderhouden en vaak permanent  bewoond als woonschip.

Wat mij al snel opviel toen ik in dit boek bezig was, is dat het voor mij las als een film. Door de vele associaties die ik had met het onderwerp, zag ik het geschreven woord als een film in mijn hoofd zich afspelen. Dit ben ik eigenlijk niet meer kwijtgeraakt gedurende het boek. Ik heb dit eigenlijk met veel boeken maar de mate waarin dit hier het geval was voelde voor mij overweldigend.

Ik dank de schrijfster Corine Nijenhuis dat ze de moeite heeft genomen om dit boek te schrijven en mij zo te laten genieten van haar research en schrijverstalent en vanzelfsprekend dank ik ook uitgeverij Brandt die mij het boek ter beschikking stelde voor dit gastblog.

*De titel van deze blogpost verwijst naar het nummer “Waterige Maan” van Ellen ten Damme op haar laatste cd “Alles Draait”. Dit nummer brengt mij in dezelfde weemoedige sfeer die dit boek af en toe veroorzaakte en daarom vormen ze voor mij een prima match samen.”

Zelden zag ik mijn lief zo geëmotioneerd door een boek. Toen ik hem over dit boek tipte, hoopte ik wel dat het zou aansluiten bij zijn (jeugd)ervaringen, maar ik had niet kunnen vermoeden hoe sterk de herinneringen zouden zijn. Dat blijft toch echt zo’n mooi effect van lezen, die onderdompeling in een wereld die enerzijds nieuw is en anderzijds heel vertrouwd en veilig overkomt. En het gevoel eindigt niet na de laatste bladzijde. Het voegt een nieuwe, levenslange “herinnering” toe aan het totaal van (lees)ervaringen.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boek review